Gezondheidswaarborgen en medische beoordeling
De verzekeraar beoordeelt of een aanvraag op normale voorwaarden kan worden geaccepteerd. Hiervoor is een volledig ingevuld aanvraagformulier nodig, inclusief de gezondheidsverklaring. Een huisartsenkeuring (niet door uw eigen huisarts) is vaak vereist indien u ouder bent dan 45 jaar. Of een huisartsenkeuring inclusief bloedonderzoek vereist is hangt af van het verzekerde bedrag. De keuringskosten worden in principe door verzekeraar betaald. Stel dat er sprake is van risicoverhogende factoren dan kan de verzekeraar een uitsluiting of premietoeslag voorstellen.
Eindleeftijd
U heeft de keuze om uw eindleeftijd te bepalen, dus tot welke leeftijd het verzekeringscontract duurt. Hierbij is een maximale leeftijd vastgesteld. Voor (lichamelijk) zware beroepen hanteert een verzekeraar vaak een lagere eindleeftijd.
Index
U kunt kiezen om de verzekerde bedragen en de uitkering jaarlijks te laten stijgen. Het eerste percentage geldt voor de stijging op het verzekerde bedrag vóór arbeidsongeschiktheid. Het tweede percentage geldt voor de stijging op het uitkeringsbedrag ná arbeidsongeschiktheid. U kunt bijvoorbeeld kiezen uit de volgende stijgingen
Stijging over de verzekerde bedragen vóór arbeidsongeschiktheid / Stijging over de uitkering bij arbeidsongeschiktheid:
CBS 0%
CBS CBS
CBS 3%
CBS 4%
CBS: Dit houdt in dat de verzekerde bedragen jaarlijks met de index van het Centraal Bureau van de Statistiek stijgen. De CBS indexering fluctueert jaarlijks.
Het tariefsoort
Veelal hanteren verzekeraars 2 tariefsoorten, te weten;
Vast tarief; Bij dit tarief is de premie gebaseerd op de leeftijd op de ingangsdatum. Daarna wordt die premie niet meer aangepast. Bij indexering wordt de premie voor de verhoging gebaseerd op de bij indexering bereikte leeftijd.
Leeftijdsafhankelijke tarief; Bij het leeftijdsafhankelijke tarief wordt een leeftijdsgebonden premie gehanteerd. De premie stijgt jaarlijks. Op een gunstige leeftijd wordt het leeftijdsgebonden tarief automatisch omgezet in het vast tarief.
De overstapleeftijd hangt af van de gekozen indexering en de eindleeftijd en is voor alle rubrieken gelijk, met uitzondering van de rubriek A: ernstige Aandoeningen. Voor deze rubriek geldt geen overstap.
De wachttijd (eigen risicotermijn)
De wachtdagen houdt de eigen risicotermijn in die u in jaar één van arbeidsongeschiktheid voor eigen kosten wenst te nemen. Des te meer wachtdagen, des te lager de premie zal zijn. U heeft vaak de keuze uit 14, 30, 60, 90 of 180 wachtdagen.
De uitkeringsdrempel
Dit is het percentage vanaf wanneer u een uitkering ontvangt. U heeft de keuze uit een percentage van 25%, 45%, 55%, 65% en 80%. Hoe hoger u de arbeidsongeschiktheidspercentage kiest, des te lager de premie.
Het arbeidsongeschiktheidscriterium
Het arbeidsongeschiktheidscriterium bepaalt wanneer u voor een uitkering in aanmerking komt. Dit criterium is in te delen op drie niveaus:
– Beroepsarbeidsongeschiktheid
U ontvangt een uitkering als u uw beroep niet meer kunt uitoefenen.
– Passende arbeid
U ontvangt een uitkering als u uw beroep niet meer kunt uitoefenen, evenals ander werk dat aansluit bij uw opleiding en werkervaring.
– Gangbare arbeid
Hierbij wordt gekeken naar welk ander werk u nog wel zou kunnen doen. Naar aanleiding van deze diagnose wordt bepaald of u al dan niet een uitkering ontvangt.
Uw beroepsklasse
Dit is de klasse waarin uw beroep valt. Deze klasse is premiebepalend.
Voorbeeld; een administratief beroep brengt minder risico’s met zich mee dan een dakwerker, de premie voor een dakwerker zal dan ook hoger liggen dan voor een administratief beroep. Verzekeraars bepalen zelf de beroepsklassen. Hierdoor kan er bij verschillende verzekeraard premieverschil ontstaan terwijl het om hetzelfde beroep gaat. Daarnaast zijn er verzekeraars die zich gespecialiseerd hebben in bepaalde beroepen.
Als zelfstandig ondernemer is het noodzakelijk dat u een arbeidsongeschiktheidverzekering hebt. Sinds de afschaffing van de WAZ is er voor u namelijk geen ander vangnet dan de bijstand. U kunt tot ongeveer 80% van uw gemiddelde inkomen over de laatste 3 jaar verzekeren.
De premie voor de AOV is aftrekbaar van de inkomstenbelasting als ‘uitgave voor inkomensvoorzieningen’. De fiscus betaalt hierdoor indirect een groot deel van de premie. Eventuele uitkeringen moeten als inkomen worden opgegeven en zijn zodanig belastbaar voor de inkomstenbelasting.
Iedereen die voor het eerst een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandige ondernemers afsluit, heeft recht op een premiekorting in de eerste drie verzekeringsjaren, de vaak zogeheten ‘starterkorting’. In geval u een “jonge ondernemer” bent bestaat vaak de mogelijkheid om voor een speciaal tarief in aanmerking te komen.
Naast de standaard AOV bieden steeds meer verzekeraars ‘budget’ varianten waarbij de dekking beperkt wordt om zodoende een lagere premie te kunnen bieden. (niet alle aandoeningen zijn dan verzekerd)